In vredesnaam: luister naar de ander, sta elkaar maar wat bij, dan zijn we misschien God voor elkaar
*7 november 1921, Musselkanaal – † 23 juni 2013, Amsterdam
Honderd jaar geleden werd ze geboren. Van 1971 tot 1976 was ze presidente van de NCVB, de protestants-christelijke vrouwenbond die later opging in de Passage (nu helaas de opheffing nabij). Ze was een strijdbaar feministe en zag haar werk voor de NCVB als onderdeel van de bredere beweging voor vrouwenemancipatie. In de NCVB bracht ze onderwerpen als vrije abortus, geboorteregeling en homoseksualiteit ter sprake. Samen met de theologe Joanne Klink vervaardigde ze in 1981 het werkboek voor feminisme en christendom ‘Leer mij de vrouwen kennen’. Over de vertaling van de Godsnaam met HEER zei ze eens: ‘De HEER kan niet meer!’ De kiem voor haar feminisme was gelegd toen ze tijdens de oorlog als verpleegster al voor haar huwelijk zwanger was geworden en er over werd gesmaald dat dit een gelovige overkwam.
Nog bekender werd ze als vredesactiviste. Op 21 november 1981, veertig jaar geleden dus, vond een demonstratie plaats tegen de plaatsing van nieuwe kruisraketten gericht op Oost-Europa, met 420.000 deelnemers. Het Interkerkelijk Vredesberaad met Mient Jan Faber was de belangrijkste gangmaker. Daarna werd het Komitee Kruisraketten Nee geformeerd, een coalitie van verschillende organisaties. Zij werd de aanvoerder. Ze had verbindende kwaliteiten terwijl ze zelf juist ‘tamelijk ongebonden’ was. De vredesdemonstratie in Den Haag in 1983 bracht meer dan een half miljoen deelnemers op de been. Op 26 oktober 1985 overhandigde Strikwerda aan toenmalig premier Lubbers symbolisch 3,7 miljoen handtekeningen. De regering gaf geen gehoor aan de oproep, maar de raketten kwamen er toch niet. En al snel volgde het einde van de Koude Oorlog.
Haar vooruitstrevende koers in de NCVB riep wel weerstand op. En over de kernwapens liepen de gemoederen in de kerk soms zo hoog op dat kerkgangers tijdens preken de voorganger gingen tegenspreken of demonstratief de kerk verlieten. Maar Sienie Strikwerda wist als religieus bevlogen ‘leraar en wereldverbeteraar’ wel heel veel mensen mee te krijgen. En ze schrok voor een lange weg van bloed, zweet en tranen niet terug.
Eerder in haar loopbaan had ze godsdienstles en maatschappijleer gegeven op middelbare scholen. Ze was opgegroeid in Leeuwarden in een gereformeerd onderwijzersgezin. Vanaf de oorlog woonde ze in Amsterdam. Op haar 68ste werd ze nog Statenlid en tot na de eeuwwisseling is ze bestuurlijk betrokken geweest bij het ouderenbeleid.